Wettelijk kader
Controles van constructies
Productie- en constructiebedrijven controleren metalen werkstukken en metaalverbindingen (lassen), maar ook materiaaldiktes van gefabriceerde werkstukken om na te gaan of ze aan de veiligheidseisen en industriële normen beantwoorden. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om staalconstructies voor stoomketels, leidingen, machines, vliegtuigen, schepen, kranen enz. Niet Destructief Onderzoek (NDO) laat toe deze controles uit te voeren zonder dat er fysiek ingegrepen moet worden in die materialen (er hoeft bv. niet geboord te worden). De controle kan in verschillende fasen van het constructieproces uitgevoerd worden.
Industriële radiografie
Er zijn verschillende technische methoden voor het uitvoeren van NDO, zoals bijvoorbeeld magnetisch onderzoek, penetrant onderzoek, ultrasoon onderzoek en industriële radiografie. Bij industriële radiografie wordt gebruik gemaakt van ioniserende straling, afkomstig van een röntgentoestel of een ingekapselde radioactieve bron. Bij de uitvoering van industriële radiografie maakt men een `foto' van een te onderzoeken werkstuk. Onregelmatigheden, scheuren of andere defecten in een werkstuk zijn te herkennen doordat de zwarting van de `foto' op die plaatsen afwijkt.
Industriële radiografie kan plaatsvinden in een speciaal daarvoor ontworpen ruimte, maar ook op elke willekeurige plaats (site van een onderneming of op een privé/publieke plaats) waar een dergelijke controle noodzakelijk is. De apparatuur die gebruikt wordt, is over het algemeen mobiel en met de hand verplaatsbaar.
Om een goede `foto' te kunnen maken, moet het doordringend vermogen van de straling voldoende zijn om het te onderzoeken werkstuk te kunnen doorstralen. Er wordt daarom gewerkt met sterke stralingsbronnen, zoals röntgenbuizen met hoogspanning tot circa 300 kilovolt (kV), of ingekapselde bronnen die `harde' gammastraling uitzenden (onder andere van de radionucliden selenium, iridium, cesium en kobalt). De risico's op blootstelling aan ioniserende straling zijn voor werknemers en leden van de bevolking relatief hoog.
Röntgentoestellen en/of ingekapselde bronnen
De keuze voor het gebruik van röntgentoestellen en/of ingekapselde bronnen wordt bepaald door de kwaliteitseisen en de aard en de dikte van het te onderzoeken materiaal. Wanneer dit haalbaar is en geen bijkomend risico veroorzaakt, geniet het gebruik van een X-stralentoestel de voorkeur. Maar röntgentoestellen zijn groot en daarom minder mobiel en hanteerbaar. Zij worden over het algemeen ingezet bij dunnere te controleren objecten.
Toestellen met ingekapselde bronnen zijn hanteerbaarder en mobieler. Bovendien dient er geen bijkomende externe voeding (elektrisch) voorzien te worden. De keuze voor het soort radionuclide wordt bepaald door het te onderzoeken materiaal en de dikte van dit materiaal. Hoe dikker het materiaal, hoe hoger de hiervoor vereiste energie.
Het penetratievermogen van de straling die door het gebruikte radioactieve isotoop wordt uitgezonden moet in overeenstemming zijn met de uit te voeren niet-destructieve controle, dit om eventuele blootstellingen tijdens de werkzaamheden, alsook bij een geblokkeerde of uitgeworpen radioactieve bron zo laag mogelijk te houden.
Krachtlijnen KB
Het KB van 17 februari 2023 voert nieuwe strengere vergunningsvoorwaarden in (minimale kwalificaties van het personeel, definiëren van taken en verantwoordelijken, procedures en communicatiekanalen bij noodgevallen, actief gebruik van stralingsmeters, veiligheidsbeheerssysteem…).
NDO-klanten
De NDO-klant is een natuurlijk persoon of rechtspersoon die aan de NDO-firma vraagt om opdrachten met industriële radiografie uit te voeren.
Naast de aspecten van de klassieke veiligheid uit de regelgeving Welzijn op het werk (bv. valbescherming, het dragen van een helm, veiligheidsschoenen...), hadden de NDO-klanten geen reglementaire verplichtingen qua stralingsbescherming op hun site, of op deze van derden waarvoor ze een industriële radiografie aanvragen.
Het KB legt duidelijke verantwoordelijkheden op. De NDO-klanten zijn verplicht tot het uitvoeren van taken die bijdragen tot de stralingsbescherming. Zo moet de NDO-klant zijn keuze rechtvaardigen voor zowel het gebruik van de industriële radiografie, als voor de plaats/infrastructuur waar de industriële radiografie zal worden gebruikt.
NDO-firma’s
Het besluit legt, naast de taken en de verantwoordelijkheden die iedere exploitant al bezit, bijkomende taken en verantwoordelijkheden voor de NDO-firma op. Een NDO-firma wordt beschreven als de houder van een oprichtings- en exploitatievergunning voor het uitvoeren van niet-destructieve controles door middel van industriële radiografie.
Bestralingslocatie
De algemene regel is dat de niet-destructieve controle door middel van de industriële radiografie bij voorkeur in een veilige bunker uitgevoerd moet worden. Een bunker bestaat uit een omsluiting (met of zonder dak, waarvan de wanden de ioniserende straling afschermen); verschillende veiligheidsvoorzieningen en vergrendelbare deuren of poorten. De bedieningspost met de afstandsbedieningen van de radiografietoestellen, bevindt zich buiten de omsluiting.
De bunker bevindt zich op de site van de NDO-firma, van de NDO-klant, of van een derde partij. In alle gevallen moet de bunker voldoen aan de minimale veiligheidseisen vastgelegd door het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle. Dit wordt bevestigd door een conformiteitscertificaat opgesteld door een deskundige erkend in de fysische controle. Er werd voorzien dat de geldigheidsduur voor de goedkeuring van een bunker beperkt is tot 10 jaar.
Wanneer de industriële radiografie buiten een veilige bunker en buiten een bestralingsinfrastructuur plaatsvindt, dan moet er in de risicoanalyse door de NDO-klant en de NDO-firma expliciet onderzocht worden welke extra veiligheidsmaatregelen er moeten getroffen worden. Wanneer de industriële radiografie op een openbare plaats - waar de burgemeester toezicht kan uitoefenen - wordt gepland, dan zal de NDO-klant de burgemeester hiervan vooraf op de hoogte brengen en eventuele veiligheidsmaatregelen voorstellen (bv. afsluiten van een straat).
Risicoanalyse
De welzijnswet en de codex over het welzijn op het werk zijn van toepassing voor de risicoanalyses, met inbegrip van hun herziening als er wijzigingen zijn aan de activiteiten of de installaties.
De NDO-klant is in de regel geen nucleaire exploitant en zijn risicoanalyse gaat veeleer de "klassieke" risico's bekijken. Hij moet echter ook rekening houden met de radiologische risico's wanneer hij een beroep doet op een NDO-firma om een radiografie op zijn site te laten uitvoeren.
De NDO-firma kent de risico's verbonden aan industriële radiografie (ioniserende straling) goed en is ermee vertrouwd. Deze firma zal daarnaast ook rekening moeten houden met de klassieke risico's die eigen zijn voor de plaats (bij de klant) waar hij de industriële radiografie gaat uitvoeren.
De NDO-klant en de NDO-firma moeten dus informatie uitwisselen over de risico’s: de klant informeert de firma bv. over de aanwezigheid van zwaar materiaal dat op de ioniserende stralingsbron kan vallen, en de firma informeert haar klant over de risico's van de ioniserende straling. Dit kan er bv. toe leiden dat er 's nachts gewerkt wordt om gelijktijdige werkzaamheden te vermijden.
Een goed overleg en samenwerking tussen de NDO-firma en de NDO-klant zijn dus essentieel. Wanneer de klant niet alle informatie die nodig is voor de risicoanalyse aan de NDO-firma verstrekt, dan moet de NDO-firma de opdracht weigeren.
Minimale vereisten
Naast de minimale vereisten voor de veiligheidsmiddelen (zoals een bunker), bevat het KB de bepalingen voor de opleiding van de industriële radiologen, voor noodinterventies (inclusief het interventieteam) en voor de tijdelijke opslag op de werf.
Inwerkingtreding
Behalve uitzonderingen, treedt het besluit in werking één jaar na publicatie ervan in het Belgisch Staatsblad, dus op 3 april 2024.
Meer weten