Telewerk en arbeidsongevallen in zeven Europese landen

Eurogip (FR) heeft onderzoek gedaan naar arbeidsongevallen tijdens het telewerken. De analyse gaat over zeven Europese landen (Duitsland, Finland, Frankrijk, Italië, Oostenrijk, Spanje en Zweden) en onderzoekt op welke wijze de arbeidsongevallenverzekering van telewerkers geregeld is.
©:
preventFocus 05/2023
Laatste wijziging:

Upgrade jouw formule

Deze tekst is momenteel niet toegankelijk binnen jouw abonnements formule.

Context

Ongevallen in de lokalen van de onderneming zelf, worden doorgaans beschouwd als een arbeidsongeval. Bij telethuiswerk is de situatie veel complexer. Wanneer gaat het over een arbeidsongeval? En kan een werkgever er wel voor zorgen dat ook thuis gezondheids- en veiligheidsvoorschriften worden nageleefd? 
Eurogip heeft een onderzoek opgezet waarbij nagegaan is hoe één en ander geregeld is in zeven Europese landen, nl. Frankrijk, Italië, Spanje, Duitsland, Oostenrijk, Finland en Zweden. 

Frankrijk

De wettelijke bepalingen voor telewerk zijn opgenomen in de Franse Code du travail. Voor de privésector wordt dat wetboek aangevuld met het Accord national interprofessionnel pour une mise en œuvre réussie du télétravail (26 november 2020 - verplicht gesteld in 2021). 
De Code du travail biedt telewerkers bescherming tegen arbeidsongevallen: “een ongeval dat zich voordoet op de plaats waar het telewerk wordt verricht tijdens de uitoefening van de beroepsactiviteit van de telewerker, wordt geacht een arbeidsongeval te zijn”. Indien het ongeval plaatsvindt op de werkplek en tijdens de arbeidstijd, moet de werknemer het oorzakelijke verband tussen het ongeval en het werk niet bewijzen. Vanwege dit vermoeden van toerekenbaarheid is het aan de werkgever om - in geval van onenigheid met de werknemer - het ontbreken van causaliteit te bewijzen. De handhaving van dit vermoeden van toerekenbaarheid, zelfs in het geval van een arbeidsongeval tijdens het telewerken, maakt de situatie er niet eenvoudiger op omdat de telewerker ‘ontsnapt’ aan het toezicht van de werkgever. De Franse wet verduidelijkt niet of die dekking ook betrekking heeft op ongevallen bij verplaatsingen tijdens het telewerken. 

Italië

In Italië worden twee veelvoorkomende vormen van afstandswerken toegepast: telelavoro (letterlijk ‘telewerken’) en smart working (slim werken).  
Bij telewerken is de werknemer gebonden aan een vaste, vooraf vastgestelde werkpost op afstand, volgens hetzelfde werkrooster als op kantoor. 
Smart working werd in 2017 bij wet ingevoerd. Slim werken wordt gedefinieerd als een methode voor het uitvoeren van de arbeidsrelatie zonder beperkingen in ruimte of tijd. Met andere woorden: een arbeidsorganisatie volgens fasen, cycli en doelstellingen.  
Het INAIL, het Italiaanse nationale verzekeringsinstituut voor arbeidsongevallen, heeft erop gewezen dat er naar aanleiding van de Covid-19-maatregelen in veel gevallen een model van telewerk werd toegepast dat op de grens ligt tussen telewerk en smart working en waarin de essentiële en typische vereisten van beide modellen zijn opgenomen.  
Wat de arbeidsongevallen betreft, zijn voor telewerkers de algemene criteria van toepassing die voor alle andere kantoorwerkers gelden. Ter herinnering: opdat een ongeval door het INAIL vergoed zou worden, is het niet voldoende dat het incident zich tijdens het werk en op de werkplek voordoet, maar moet het ook omwille van het werk plaatsvinden.  
De Italiaanse wet betreffende smart working bepaalt dat werknemers, buiten de bedrijfslokalen, recht hebben op bescherming tegen arbeidsongevallen die het gevolg zijn van werkgerelateerde risico’s. De wet breidt de dekking van ongevallen op de weg van en naar het werk ook uit tot smart working, maar onder bepaalde voorwaarden. “De werknemer heeft recht op bescherming tegen arbeidsongevallen die zich voordoen tijdens het normale traject tussen de woonplaats en de voor het verrichten van het werk gekozen plaats buiten de onderneming, binnen de voorziene grenzen en onder de voorziene voorwaarden (...) wanneer de keuze van de plaats waar het werk wordt verricht, is ingegeven door werkgerelateerde eisen of door de noodzaak om privé- en beroepsleven te verzoenen, en voldoet aan criteria van redelijkheid.” 

Spanje 

De Covid-19-pandemie heeft het land ertoe aangezet afstandswerken in 2020 en 2021 te reguleren. Deze wetgevingshandelingen, die enkel betrekking hebben op de privésector, beschouwen telewerk als ‘een vorm van afstandswerken met behulp van ICT’. ‘Regelmatig’ afstandswerk wordt vastgesteld op basis van een tijdscriterium. De bepalingen zijn niet van toepassing op afstandswerk dat in uitzonderlijke omstandigheden wordt verricht, zoals tijdens de lockdowns.  
De risicobeoordeling voor afstandswerk (inclusief telewerk) moet betrekking hebben op de ruimte (van de woonplaats of van een andere plaats) waar het afstandswerk zal worden verricht: andere ruimtes, zoals de keuken of het terras, zijn uitgesloten.  
De wet van 2021 impliceert geen wijziging van de wettelijke definitie van een ‘klassiek’ arbeidsongeval zoals die in de socialezekerheidswetgeving is terug te vinden. In Spanje geldt ook een vermoeden van toerekenbaarheid (presunción de laboralidad) voor elk letsel dat de werknemer tijdens de arbeidstijd en op de werkplek heeft opgelopen.  
Indien zich een ongeval voordoet (ook tijdens het telewerken), is het aan de werknemer om te bewijzen dat het ongeval tijdens de arbeidstijd en op de werkplek heeft plaatsgevonden.  Indien de mutualiteit of de onderneming van mening is dat het geen arbeidsongeval betreft, zullen ze het tegendeel moeten bewijzen, d.w.z. aantonen dat het incident dat het letsel heeft veroorzaakt geen gevolg is van het werk of zich niet naar aanleiding van het werk heeft voorgedaan. Wat de ongevallen bij verplaatsingen tijdens het telewerken betreft, is het niet duidelijk welke bescherming de werknemer in Spanje precies geniet. 

Duitsland

In Duitsland worden drie concepten gehanteerd die verwijzen naar verschillende soorten afstandswerk: 
Telearbeit (letterlijk ‘telewerk’), 
Mobile Arbeit (mobiel werk) en 
Homeoffice (letterlijk ‘thuiskantoor’). 
Telearbeit is duidelijk gedefinieerd en wettelijk gereglementeerd, maar dat geldt niet voor mobile Arbeit en HomeofficeHomeoffice, dat een grote opmars kende tijdens de lockdowns, werd beschouwd als een tijdelijke ‘vorm van mobiel werk’ en was beperkt tot de privéruimten van de werknemers.  
Tot voor kort had de arbeidsongevallenverzekering geen specifieke bepalingen voor telewerk of mobiel werk.  
De ‘klassieke’ bescherming tegen arbeidsongevallen, zoals omschreven in het Duits sociaal wetboek, was van toepassing. De grootste moeilijkheid bij afstandswerken was de grens af te bakenen tussen thuisongevallen (niet-verzekerde privé-activiteiten) en arbeidsongevallen (verzekerde beroepsactiviteit). De bescherming tegen arbeidsongevallen (die rechtstreeks verband houden met de verzekerde activiteit) dekte ook ongevallen die zich tijdens het telewerk of mobiel werk voordeden tijdens ‘bedrijfsgebonden verplaatsingen’, d.w.z. verplaatsingen voor professionele doeleinden binnen de woning (naar de printer, naar de telefoon om een oproep van het werk te beantwoorden, enz.). Een ongeval tijdens het halen van een glas water uit de keuken of tijdens een toiletbezoek werd echter niet gedekt door de ongevallenverzekering omdat die verplaatsing niet strikt werkgerelateerd was.  
In 2021 vulde een nieuwe wet de definitie van een arbeidsongeval op twee punten aan:    
- Opheffing van het onderscheid tussen ‘bedrijfsgebonden verplaatsingen’ en verplaatsingen van privé-aard binnen de woning/een derde plaats: “wanneer de verzekerde activiteit wordt uitgeoefend bij de verzekerde thuis of op een andere plaats, is de verzekeringsdekking in dezelfde mate van toepassing als wanneer de activiteit wordt uitgeoefend in de lokalen van de onderneming”. Het halen van een glas water of een koffie in de keuken moet voortaan worden gedekt in geval van afstandswerken. In feite moet een principe van gelijkwaardigheid worden toegepast tussen de dekking thuis en de dekking die men op kantoor zou hebben.  
- Indien de verzekerde activiteit wordt uitgeoefend op de plaats van de gemeenschappelijke huishouding, vallen ook de rechtstreekse verplaatsingen van en naar de plaats waar de kinderen worden opgevangen onder de wettelijke ongevallenverzekering. 

Oostenrijk 

Tot maart 2020 bestond er in Oostenrijk geen specifieke wettelijke regeling voor de dekking van ongevallen tijdens het telewerken (het zogenaamde Homeoffice). De bescherming op dit vlak vloeide voort uit de algemene socialezekerheidswetgeving en was beperkt tot de beroepsactiviteit. De bepalingen betreffende het Homeoffice werden eerst opgenomen in een tijdelijke regeling alvorens in april 2021 in een wet te worden gegoten.  
Een van de belangrijkste nieuwigheden van de in 2021 ingevoerde wetgeving was de verruiming van het begrip ‘werkplek’, waaronder voortaan ook de woonplaats valt -- of beter gezegd: alle mogelijke ‘woningen’ die als Homeoffice fungeren.  
In Oostenrijk luidt de juridische definitie van telewerk als volgt: “Er is sprake van Homeoffice wanneer een werknemer regelmatig thuis arbeidsprestaties levert”. 
De term “thuis” omvat niet alleen de woning van de verzekerde, maar ook een tweede verblijf of de woning van een naast familielid of van een partner. In het geval van Homeoffice zijn ook balkons, terrassen en tuinen die tot de betrokken woningen behoren, gedekt in geval van arbeidsongevallen, in tegenstelling tot externe en openbare plaatsen (een park, een coworking space, enz.).  
Bij Homeoffice hebben de werknemers recht op bescherming in de woning tijdens het werken in de woning: tijdens verplaatsingen voor hoofdzakelijk professionele doeleinden (naar de printer, om een telefoonoproep van een collega/de werkgever te beantwoorden, enz.) en tijdens verplaatsingen om te voorzien in de basisbehoeften (eten, drinken, naar het toilet gaan). Buiten de woning wordt de werknemer voortaan beschermd in de meeste situaties die gelden voor kantoorwerkers. 

Finland 

De Finse wetgeving voorziet slechts een gedeeltelijke bescherming tegen “arbeidsongevallen die zich thuis en op een niet-gespecificeerde werkplek voordoen”.  
Worden niet gedekt: 
• ongevallen die geen strikt verband houden met het werk (bijvoorbeeld zich verwonden bij het zetten van een kopje koffie);
• ongevallen die plaatsvinden op de weg van en naar het werk (inclusief kinderen ophalen van school, boodschappen doen, enz.); 
• ongevallen die plaatsvinden tijdens een lunchpauze (op of nabij de werkplek). 
Vanwege deze gedeeltelijke bescherming tegen ongevallen tijdens het telewerken is het mogelijk een aanvullende privéverzekering af te sluiten (voor werknemers uit de privésector), maar dat is volkomen vrijwillig en facultatief. Er bestaan drie types verzekeringen:  
1. De ongevallenverzekering (vrijwillig en privé): deze verzekering kan worden afgesloten door de werkgever voor zijn afstandswerkers of door de werknemers zelf (in dat geval moeten ze zelf de kosten dragen). 
2. De ‘vrijetijdsverzekering’: deze verzekering kan enkel door de werkgever voor zijn werknemers worden afgesloten. Lunch- en andere pauzes, die bij thuiswerk niet wettelijk gedekt zijn, kunnen tot de vrije tijd worden gerekend.  
2. De telewerkverzekering: ook deze verzekering kan enkel door de werkgever voor zijn werknemers worden afgesloten. Ze is specifiek gericht op de kenmerken van telewerk (noodzaak van bescherming tijdens verplaatsingen van en naar kinderdagverblijven/scholen, ongevallen tijdens lunch- en andere pauzes, ongevallen tijdens andere verplaatsingen binnen de woning, enz.). 

Zweden

De basisdekking tegen arbeidsongevallen die de Zweedse wet voorziet, brengt een aanvullende verzekering met zich mee. Deze aanvullende dekking wordt vastgesteld in de collectieve arbeidsovereenkomsten tussen werkgevers en vakbonden en wordt beheerd door Afa Försäkring, een vereniging zonder winstoogmerk die volledig in handen is van nationale sociale partners. Momenteel is 90% van de werknemers op grond van hun arbeidsovereenkomst automatisch gedekt door deze aanvullende verzekeringen (waarvoor de werkgever de premie betaalt).  
De interpretatie van een arbeidsongeval tijdens telewerk is strenger dan tijdens kantoorwerk: de telewerker moet gewond zijn geraakt in het strikte kader van de uitoefening van zijn of haar functie. Voorbeelden van gedekte arbeidsongevallen bij telewerk zijn: 
• een valpartij door het struikelen over de kabels van de werkcomputer; 
• een valpartij/ongeval wanneer de werknemer tijdens een telefoongesprek met de werkgever of met collega’s in huis rondwandelt;  
• een ongeval tijdens een toegestane verplaatsing, bijvoorbeeld om naar een zakelijke bijeenkomst met een klant te gaan of om arbeidsmiddelen (computer, gsm, enz.) op te halen bij de werkgever.
Alle andere ongevallen waarbij geen rechtstreeks verband met het werk kan worden vastgesteld, worden daarentegen niet door de verzekering gedekt. In het algemeen gaat het om ‘thuisongevallen’ (bijvoorbeeld: zich verwonden bij het zetten van een kopje koffie in de keuken tijdens de werkuren is geen arbeidsongeval). 
 

 

Please subscribe to plan

Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit, sed do eiusmod tempor incididunt ut labore et dolore magna aliqua. Ut enim ad minim veniam, quis nostrud exercitation ullamco laboris nisi ut aliquip ex ea commodo consequat. Duis aute irure dolor in reprehenderit in voluptate velit esse cillum dolore eu fugiat nulla pariatur. Excepteur sint occaecat cupidatat non proident, sunt in culpa qui officia deserunt mollit anim id est laborum.