Van aceton tot zoutzuur, gevaarlijke stoffen komen op heel veel werkplekken voor. Het kan gaan om heel alledaagste producten zoals printerinkt, maar ook om complexe chemische verbindingen die onbekend zijn bij het grote publiek. Veel chemische stoffen kunnen gevaarlijk zijn voor de mens en/of het leefmilieu.
De regels rond de productie, het gebruik en het transport van gevaarlijke stoffen zijn Europees en wereldwijd geharmoniseerd.
Bescherming van de werknemers
De codex welzijn op het werk bevat de regels voor de bescherming van de werknemers tegen de risico's van chemische agentia, m.n. in Boek VI Chemische, kankerverwekkende, mutagene en reprotoxische agentia, Titel 1 Chemische agentia. Het is een omzetting van een Europese richtlijn. De Codex-bepalingen zijn gebaseerd op het principe dat de werkgever uitgaande van een risicoanalyse de nodige maatregelen moet nemen om de risico's zoveel mogelijk te beperken. Bijlage VI.1-1 legt de grenswaarden voor beroepsmatige blootstelling vast.
Productie en op de markt brengen
De productie en het op de markt brengen van gevaarlijke producten is op Europees niveau geregeld door twee basis verordeningen: de REACH en CLP verordeningen. Aangezien het om verordeningen gaat, is er geen omzetting in Belgische wetgeving vereist. De wetteksten zijn onmiddellijk van toepassing.
REACH
Op 30 december 2006 verscheen de REACH-verordening (Registratie, Evaluatie Autorisatie en restrictie van CHemische stoffen): Verordening (EG) nr. 1907/2006. Deze verordening is sinds 1 juni 2007 in alle lidstaten stapsgewijs in werking getreden.
Deze verordening voert op Europees niveau regels in voor de productie, het gebruik en het transport van gevaarlijke stoffen. Alle chemische stoffen die in Europa worden vervaardigd of ingevoerd in hoeveelheden van meer dan 1 ton per jaar moeten bij het Europees Agentschap voor chemische stoffen (ECHA) geregistreed worden in een centrale gegevensbank.
Vervolgens vindt een evaluatie plaats van de eigenschappen en risico's van de stoffen. Het basisprincipe hierbij is het feit dat de fabrikant/importeur moet aantonen dat zijn product onschadelijk is. Voor de zogenaamde zeer zorgwekkende stoffen (carcinogeen, mutageen en/of reprotoxisch; persistent, bioaccumulerend en toxisch), vPvB (zeer persistent en zeer bioaccumulerend) en andere stoffen die ernstige en onomkeerbare gevolgen hebben voor mens en milieu, moeten de fabrikanten en importeurs een goedkeuring (autorisatie) krijgen. Indien de doelen de risico's niet rechtvaardigen, worden deze stoffen volledig verboden.
Bij de FOD Economie, KMO, middenstand en energie werd een REACH-helpdesk opgericht. De REACH-helpdesk vindt u via deze link
Op de ECHA-website vindt u:
De lijst met stoffen en mengsels waarvoor een autorisatie nodig is (autorisatielijst)
De lijst met stoffen die in aanmerking komen voor autorisatie (kandidaatslijst)
De lijst met verboden stoffen
CLP
Op 31 december 2008 verscheen de Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 (CLP) in het Publicatieblad. Deze verordening is de omzetting van het wereldwijde Globally Harmonised System of Classification and Labelling of Chemicals van de Verenigde Naties. Het doel van CLP (Classification, Labelling en Packaging) is om een geharmoniseerd systeem te creëren vor de indeling, etikettering en verpakking van chemische stoffen en mengsels, zodat overal in de EU dezelde etiketten en verpakkingen gebruikt worden voor gevaarlijke producten.
Het meest zichtbare gevolg van de CLP-Verordening is de invoering van de nieuwe gevarenpictogrammen. De oude oranje pictogrammen worden vervangen door ruitvormige, roodomrande pictogrammen met witte achtergrond. Onder dit pictogram komteen signaalwoord: 'gevaar' of 'waarschuwing'. Bovendien worden de oude R- en S-zinnen, vervangen door H- en P-zinnen (hazards en precautions).
Tot juni 2015 mogen op het veiligheidsinformatieblad nog zowel de oude als de nieuwe indeling van de stofen vermeld worden, na die datum mogen zowel op de verpakking als in het veiligheidsinformatieblad van stoffen en mengsels enkel nog de CLP-regels gebruikt worden.
De CLP-verordening bepaalt dat in iedere lidstaat een CLP-helpdesk moet opgericht worden. In België is deze helpdesk opgericht binnen de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu.
De CLP-helpdesk vindt u via deze link