De Belgische bouwsector kende in 2021 dertien dodelijke slachtoffers en is daarmee de sector met het meeste aantal dodelijke arbeidsongevallen (27%). Het aantal mensen dat het leven liet in de bouw ligt waarschijnlijk hoger omdat mensen die niet ingeschreven zijn in onze sociale zekerheid niet voorkomen in de statistieken. Daarnaast worden bouwvakkers ook meer dan gemiddeld blootgesteld aan biologische, chemische en ergonomische risicofactoren, lawaai en extreme temperaturen.

Risicofactoren

De voornaamste oorzaken van de dodelijke ongevallen en ongevallen met tijdelijke of blijvende ongeschiktheid zijn val van het slachtoffer, vallende voorwerpen, verkeersongeval op de bouwplaats en het behandelen van zwaar materiaal. De valpartijen gebeuren meestal vanaf mobiele oppervlakken (bv. steigers en verplaatsbare ladders).
Werken op een bouwwerf is fysiek erg veeleisend. Het hanteren van zwaar materiaal en het gebruik van trillend gereedschap maken dat bouwvakkers vaak te kampen hebben met musculoskeletale aandoeningen. Bovendien worden ze op de bouwwerf blootgesteld aan chemische agentia die de gezondheid kunnen schaden.
In de bouw wordt ook heel vaak een beroep gedaan op uitzendkrachten. Deze – veelal jonge – werknemers zijn meer dan tweemaal zo vaak het slachtoffer als de gemiddelde bouwvakker. Het gebrek aan ervaring en vertrouwdheid met de werkomgeving zijn hiervoor de belangrijkste oorzaken.

Wat zegt de wet?

Voor de bouwsector bestaan er specifieke voorschriften. Zo is er het KB van 25 januari 2001 betreffende de tijdelijke of mobiele werkplaatsen waarin voornamelijk wordt gesteld dat al van bij het ontwerp van een bouwwerk moet rekening gehouden worden met veiligheid en gezondheid op de werf. Hier worden voornamelijk de taken van de coördinatoren-ontwerp en -verwezenlijking toegelicht.
Bekijk de themapagina Veiligheidscoördinatie
In het Algemeen reglement voor de arbeidsbescherming (ARAB) wordt bepaald in welke staat machines, gereedschap, collectieve beschermingsmiddelen, signalisering,… moeten zijn om de veiligheid van de werknemers bij bouw- en onderhoudswerken te verzekeren (ARAB, titel III, hoofdstuk II, afdeling III, art. 433bis-468).